Tom and Mary fight constantly.
Tom en Mary vechten voortdurend.
They fight constantly.
Ze vechten constant.
We fight something from another world.
We vechten tegen iets uit een andere wereld.
It's silly to fight over it.
Het is dwaas om erover te vechten.
Tom was knifed in a street fight.
Tom werd in een straatgevecht met een mes geslagen.
Tom and Mary had a fight.
Tom en Mary hadden ruzie.
Let's not start a fight.
Laten we geen gevecht beginnen.
Tom refuses to fight back.
Tom weigert terug te vechten.
Tom hasn't got any fight left in him.
Tom heeft geen ruzie meer in zich.
We put up a good fight, but lost anyway.
We hebben goed gevochten, maar verloren toch.
You've got to fight that tendency of yours.
Je moet die neiging van je bestrijden.
I think I'm right, but I'm not going to fight about it.
Ik denk dat ik gelijk heb, maar ik ga er niet over vechten.
The fight began with the rapid exchange of blows.
Het gevecht begon met de snelle uitwisseling van slagen.
Have you had enough or do you want to fight some more?
Heb je er genoeg van of wil je nog wat vechten?
Live and fight!
Leef en vecht!
Thank you for telling me what you hate. Now it has become easier to fight you.
Bedankt dat je me vertelt wat je haat. Nu is het makkelijker geworden om tegen je te vechten.
Don't give up without a fight.
Geef niet op zonder slag of stoot.
You have to fight.
Je moet vechten.
For free English to Dutch translation, utilize the Lingvanex translation apps.
We apply ultimate machine translation technology and artificial intelligence to offer a free Dutch-English online text translator.