Translation meaning & definition of the word "exploded" into Dutch language

adjective

1. Showing the parts of something separated but in positions that show their correct relation to one another

• "The manufacturer provided an exploded view of the apparatus"

synonym:
• exploded

1. Het tonen van de delen van iets gescheiden, maar in posities die hun juiste relatie met elkaar tonen

• "De fabrikant heeft een explosief beeld van het apparaat gegeven"

synoniem:
• ontploft

Examples of using

A bomb from the time of World War II has exploded at a building site in Germany, killing at least one person.

Een bom uit de tijd van de Tweede Wereldoorlog is ontploft op een bouwplaats in Duitsland, waarbij minstens één persoon is omgekomen.

The sewer pipe exploded.

De rioolbuis explodeerde.

When the sweet potato was introduced to New Guinea, the population exploded.

Toen de zoete aardappel in Nieuw-Guinea werd geïntroduceerd, explodeerde de bevolking.

The bomb exploded two days ago.

De bom is twee dagen geleden ontploft.

When the bomb exploded, I happened to be there.

Toen de bom explodeerde, was ik daar toevallig.

The anger of the people exploded, leading to a series of riots.

De woede van de mensen explodeerde, wat leidde tot een reeks rellen.

The sewer pipe exploded.

De rioolbuis explodeerde.