Translation meaning & definition of the word "exert" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "exert" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Exert
[Oefenen]/ɪgzərt/
verb
1. Put to use
- "Exert one's power or influence"
- synonym:
- exert ,
- exercise
1. Te gebruiken
- "Exert iemands macht of invloed"
- synoniem:
- uitoefenen ,
- oefenen
2. Have and exercise
- "Wield power and authority"
- synonym:
- wield ,
- exert ,
- maintain
2. Hebben en oefenen
- "Macht en autoriteit uitoefenen"
- synoniem:
- zwaaien ,
- uitoefenen ,
- onderhouden
3. Make a great effort at a mental or physical task
- "Exert oneself"
- synonym:
- exert
3. Doe een grote inspanning voor een mentale of fysieke taak
- "Zelf bekennen"
- synoniem:
- uitoefenen
Examples of using
You don't exert yourself much.
Je oefent jezelf niet veel uit.
You don't exert yourself much.
Je oefent jezelf niet veel uit.