Translation meaning & definition of the word "distress" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "distress" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Distress
[Nood]/dɪstrɛs/
noun
1. Psychological suffering
- "The death of his wife caused him great distress"
- synonym:
- distress ,
- hurt ,
- suffering
1. Psychisch lijden
- "De dood van zijn vrouw bezorgde hem grote nood"
- synoniem:
- nood ,
- pijn ,
- lijden
2. A state of adversity (danger or affliction or need)
- "A ship in distress"
- "She was the classic maiden in distress"
- synonym:
- distress
2. Een toestand van tegenslag ( gevaar of aandoening of behoefte )
- "Een schip in nood"
- "Zij was het klassieke meisje in nood"
- synoniem:
- nood
3. Extreme physical pain
- "The patient appeared to be in distress"
- synonym:
- distress
3. Extreme fysieke pijn
- "De patiënt leek in nood te zijn"
- synoniem:
- nood
4. The seizure and holding of property as security for payment of a debt or satisfaction of a claim
- "Originally distress was a landlord's remedy against a tenant for unpaid rents or property damage but now the landlord is given a landlord's lien"
- synonym:
- distress ,
- distraint
4. De inbeslagneming en het bezit van eigendommen als zekerheid voor de betaling van een schuld of het voldoen aan een vordering
- "Oorspronkelijk was nood een remedie van een verhuurder tegen een huurder wegens onbetaalde huur of materiële schade, maar nu krijgt de verhuurder een pandrecht van een verhuurder"
- synoniem:
- nood ,
- distraint
verb
1. Bring into difficulties or distress, especially financial hardship
- synonym:
- straiten ,
- distress
1. Moeilijkheden of problemen veroorzaken, met name financiële moeilijkheden
- synoniem:
- Straat ,
- nood
2. Cause mental pain to
- "The news of her child's illness distressed the mother"
- synonym:
- distress
2. Mentale pijn veroorzaken
- "Het nieuws over de ziekte van haar kind verontrustte de moeder"
- synoniem:
- nood
Examples of using
The ship flashed a distress signal.
Het schip flitste een noodsignaal.
The ship's captain ordered the radio operator to send a distress signal.
De kapitein van het schip beval de radio-operator een noodsignaal te sturen.
Her death was a great distress to all the family.
Haar dood was een grote nood voor het hele gezin.