Translation meaning & definition of the word "derive" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "afleiden" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Derive
[Afleidend]/dəraɪv/
verb
1. Reason by deduction
- Establish by deduction
- synonym:
- deduce ,
- infer ,
- deduct ,
- derive
1. Reden door aftrek
- Vaststellen door aftrek
- synoniem:
- afleiden ,
- aftrekken
2. Obtain
- "Derive pleasure from one's garden"
- synonym:
- derive ,
- gain
2. Verkrijgen
- "Afleidend plezier uit de tuin"
- synoniem:
- afleiden ,
- winst
3. Come from
- "The present name derives from an older form"
- synonym:
- derive
3. Komen van
- "De huidige naam is afgeleid van een ouder formulier"
- synoniem:
- afleiden
4. Develop or evolve from a latent or potential state
- synonym:
- derive ,
- educe
4. Ontwikkelen of evolueren vanuit een latente of potentiële staat
- synoniem:
- afleiden ,
- educe
5. Come from
- Be connected by a relationship of blood, for example
- "She was descended from an old italian noble family"
- "He comes from humble origins"
- synonym:
- derive ,
- come ,
- descend
5. Komen van
- Verbonden zijn door bijvoorbeeld een bloedrelatie
- "Ze stamde af van een oude italiaanse adellijke familie"
- "Hij komt van bescheiden afkomst"
- synoniem:
- afleiden ,
- kom ,
- afdalen
Examples of using
A wise man can derive gold even from pus.
Een wijze man kan zelfs van pus goud afleiden.
Superstitions derive from the inability of men to acknowledge that coincidences are merely coincidences.
Bijgeloof komt voort uit het onvermogen van mannen om te erkennen dat toevalligheden slechts toevalligheden zijn.
We can derive great pleasure from books.
We kunnen veel plezier beleven aan boeken.