Translation meaning & definition of the word "departure" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "vertrek" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Departure
[Vertrek]/dɪpɑrʧər/
noun
1. The act of departing
- synonym:
- departure ,
- going ,
- going away ,
- leaving
1. De handeling van vertrek
- synoniem:
- vertrek ,
- gaan ,
- weggaan ,
- vertrekken
2. A variation that deviates from the standard or norm
- "The deviation from the mean"
- synonym:
- deviation ,
- divergence ,
- departure ,
- difference
2. Een variatie die afwijkt van de norm of norm
- "De afwijking van het gemiddelde"
- synoniem:
- afwijking ,
- divergentie ,
- vertrek ,
- verschil
3. Euphemistic expressions for death
- "Thousands mourned his passing"
- synonym:
- passing ,
- loss ,
- departure ,
- exit ,
- expiration ,
- going ,
- release
3. Eufemistische uitdrukkingen voor de dood
- "Duizenden rouwden om zijn overlijden"
- synoniem:
- voorbijgaan ,
- verlies ,
- vertrek ,
- uitgang ,
- vervaldatum ,
- gaan ,
- vrijgeven
Examples of using
Before his departure, the saint counseled old man Mickal.
Voor zijn vertrek adviseerde de heilige de oude man Mickal.
Tom postponed his departure till Sunday.
Tom heeft zijn vertrek uitgesteld tot zondag.
Tom put off his departure till Sunday.
Tom zette zijn vertrek uit tot zondag.