Translation meaning & definition of the word "delighted" into Dutch language

adjective

1. Greatly pleased

synonym:
• delighted

1. Zeer tevreden

synoniem:
• verheugd

2. Filled with wonder and delight

synonym:
• beguiled
,
• captivated
,
• charmed
,
• delighted
,
• enthralled
,
• entranced

2. Gevuld met verwondering en genot

synoniem:
• misleid
,
• geboeid
,
• gecharmeerd
,
• verheugd
,
• in vervoering gebracht

Examples of using

I'm delighted to meet you.

Ik ben blij je te ontmoeten.

Tom is delighted.

Tom is heel blij.

I'd be delighted if they asked me to give a speech.

Ik zou het geweldig vinden als ze me zouden vragen een toespraak te houden.

Elizabeth was delighted.

Elizabeth was opgetogen.

His success delighted his parents.

Zijn succes verrukt zijn ouders.

I was delighted at the news of her success.

Ik was heel blij met het nieuws over haar succes.

He was sitting there, delighted with my failure.

Hij zat daar, blij met mijn mislukking.

I found Jane delighted at the play.

Ik vond Jane blij met het stuk.

The children were delighted to see their grandparents whom they had not seen for quite a long time.

De kinderen waren verheugd hun grootouders te zien die ze al geruime tijd niet hadden gezien.

You look very delighted.

Je ziet er erg blij uit.

I'm delighted to meet you.

Ik ben blij je te ontmoeten.