Translation meaning & definition of the word "dandy" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "dandy" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Dandy
[Dandy]/dændi/
noun
1. A man who is much concerned with his dress and appearance
- synonym:
- dandy ,
- dude ,
- fop ,
- gallant ,
- sheik ,
- beau ,
- swell ,
- fashion plate ,
- clotheshorse
1. Een man die zich veel zorgen maakt over zijn kleding en uiterlijk
- synoniem:
- dandy ,
- kerel ,
- fop ,
- dapper ,
- sjeik ,
- Beau ,
- deining ,
- modeplaat ,
- droogrek
2. A sailing vessel with two masts
- A small mizzen is aft of the rudderpost
- synonym:
- yawl ,
- dandy
2. Een zeilschip met twee masten
- Een kleine bezaan is achter de roerpost
- synoniem:
- yawl ,
- dandy
adjective
1. Very good
- "He did a bully job"
- "A neat sports car"
- "Had a great time at the party"
- "You look simply smashing"
- synonym:
- bang-up ,
- bully ,
- corking ,
- cracking ,
- dandy ,
- great ,
- groovy ,
- keen ,
- neat ,
- nifty ,
- not bad(p) ,
- peachy ,
- slap-up ,
- swell ,
- smashing
1. Heel goed
- "Hij heeft een pestkop gedaan"
- "Een nette sportwagen"
- "Had een geweldige tijd op het feest"
- "Je ziet er gewoon kapot uit"
- synoniem:
- bang ,
- pesten ,
- kurken ,
- kraken ,
- dandy ,
- geweldig ,
- groovy ,
- enthousiast ,
- netjes ,
- handig ,
- niet slecht ( p ) ,
- peachy ,
- klap ,
- deining ,
- verpletterend