Translation meaning & definition of the word "coward" into Dutch language

noun

1. A person who shows fear or timidity

synonym:
• coward

1. Een persoon die angst of verlegenheid toont

synoniem:
• lafaard

2. English dramatist and actor and composer noted for his witty and sophisticated comedies (1899-1973)

synonym:
• Coward
,
• Noel Coward
,
• Sir Noel Pierce Coward

2. Engelse toneelschrijver en acteur en componist bekend om zijn geestige en verfijnde komedies ( 1899-1973 )

synoniem:
• Lafaard
,
• Noel Coward
,
• Sir Noel Pierce Coward

Examples of using

Tom is a spineless coward.

Tom is een slappe lafaard.

I told you he was a coward.

Ik zei toch dat hij een lafaard was.

I'm a coward.

Ik ben een lafaard.

My friend called me a coward.

Mijn vriend noemde me een lafaard.

The coward is the first to raise his fist.

De lafaard steekt als eerste zijn vuist op.

He is a bit of a coward.

Hij is een beetje een lafaard.

He called me a coward.

Hij noemde me een lafaard.

He went so far as to say that I was coward.

Hij zei zelfs dat ik laf was.

He is not the coward that he was ten years ago.

Hij is niet de lafaard die hij tien jaar geleden was.

He is too much of a coward to attempt it.

Hij is te laf om het te proberen.

I called him a coward to his face.

Ik noemde hem een lafaard in zijn gezicht.

I'm such a coward that I rarely visit the dentist.

Ik ben zo'n lafaard dat ik zelden de tandarts bezoek.

John is brave in appearance, but is in reality a coward.

John ziet er dapper uit, maar is in werkelijkheid een lafaard.

I'm a coward when it comes to cockroaches.

Ik ben een lafaard als het gaat om kakkerlakken.

You are not a coward.

Je bent geen lafaard.

He is not the coward that he was ten years ago.

Hij is niet de lafaard die hij tien jaar geleden was.