Translation meaning & definition of the word "cope" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "cope" in Nederlandse taal
English⟶Dutch
Cope
[Cope]/koʊp/
noun
1. Brick that is laid sideways at the top of a wall
- synonym:
- header ,
- coping ,
- cope
1. Baksteen die zijwaarts aan de bovenkant van een muur wordt gelegd
- synoniem:
- koptekst ,
- omgaan
2. A long cloak
- Worn by a priest or bishop on ceremonial occasions
- synonym:
- cope
2. Een lange mantel
- Gedragen door een priester of bisschop bij ceremoniële gelegenheden
- synoniem:
- omgaan
verb
1. Come to terms with
- "We got by on just a gallon of gas"
- "They made do on half a loaf of bread every day"
- synonym:
- cope ,
- get by ,
- make out ,
- make do ,
- contend ,
- grapple ,
- deal ,
- manage
1. In het reine komen
- "We kwamen rond met slechts een liter gas"
- "Ze deden het elke dag op een half brood"
- synoniem:
- omgaan ,
- rondkomen ,
- maken ,
- doen ,
- strijden ,
- grijper ,
- deal ,
- beheren
Examples of using
Romeo loved Juliet more than he thought he did, and could not cope with losing her.
Romeo hield meer van Juliet dan hij dacht dat hij deed, en kon het niet aan haar te verliezen.
She will cope with difficult problems.
Ze zal moeilijke problemen het hoofd bieden.
Japan is trying to cope with the aging of its population.
Japan probeert de vergrijzing van de bevolking het hoofd te bieden.