Translation of "cinema" into Dutch

Cinema

IPA : /sɪnəmə/

synonyms:

• film

I went to the cinema yesterday.

Ik ben gisteren naar de bioscoop geweest.

I seldom go to cinema.

Ik ga zelden naar de bioscoop.

I usually go to cinema with my friends.

Meestal ga ik met mijn vrienden naar de bioscoop.

He much enjoys going to the cinema.

Hij vindt het erg leuk om naar de bioscoop te gaan.

My friends went to the cinema without me.

Mijn vrienden gingen zonder mij naar de bioscoop.

We're going to the cinema. Come with us.

We gaan naar de bioscoop. Kom met ons mee.

We're going to the cinema. Come with us.

We gaan naar de bioscoop. Kom met ons mee.

Why don't you want to come to the cinema with me?

Waarom wil je niet met mij naar de bioscoop komen?

I'm going to the cinema.

Ik ga naar de bioscoop.

If you're bored, I suggest you to go to the cinema.

Als je je verveelt, stel ik voor dat je naar de bioscoop gaat.

The cinema is bursting at the seams.

De bioscoop barst uit zijn voegen.

Where shall we go now? To the theatre or cinema?

Waar zullen we nu heen gaan? Naar het theater of de bioscoop?

We are going to the cinema.

We gaan naar de bioscoop.

He often goes to the cinema with her.

Hij gaat vaak met haar naar de bioscoop.

The concert ticket costs more than the cinema ticket.

Het concertkaartje kost meer dan het bioscoopkaartje.

How much does a cinema ticket cost?

Hoeveel kost een bioscoopkaartje?

Why do people go to the cinema?

Waarom gaan mensen naar de bioscoop?

I am fond of the cinema.

Ik ben dol op de bioscoop.

I don't feel like working; what about going to a cinema instead?

Ik heb geen zin om te werken; Hoe zit het met naar een bioscoop gaan?

Could you take me to the cinema?

Zou je me naar de bioscoop kunnen brengen?