Translation meaning & definition of the word "care" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "zorg" in de Nederlandse taal
Care
[Zorg]noun
1. The work of providing treatment for or attending to someone or something
- "No medical care was required"
- "The old car needs constant attention"
- synonym:
- care ,
- attention ,
- aid ,
- tending
1. Het werk van het bieden van behandeling aan of het verzorgen van iemand of iets
- "Er was geen medische zorg nodig"
- "De oude auto heeft constante aandacht nodig"
- synoniem:
- zorg ,
- aandacht ,
- steun ,
- neigen
2. Judiciousness in avoiding harm or danger
- "He exercised caution in opening the door"
- "He handled the vase with care"
- synonym:
- caution ,
- precaution ,
- care ,
- forethought
2. Oordeelkundig gedrag bij het vermijden van schade of gevaar
- "Hij was voorzichtig bij het openen van de deur"
- "Hij behandelde de vaas met zorg"
- synoniem:
- voorzichtigheid ,
- voorzorg ,
- zorg ,
- voorbedacht
3. An anxious feeling
- "Care had aged him"
- "They hushed it up out of fear of public reaction"
- synonym:
- concern ,
- care ,
- fear
3. Een angstig gevoel
- "Zorg had hem ouder gemaakt"
- "Ze hebben het tot zwijgen gebracht uit angst voor publieke reactie"
- synoniem:
- bezorgdheid ,
- zorg ,
- angst
4. A cause for feeling concern
- "His major care was the illness of his wife"
- synonym:
- care
4. Een reden tot bezorgdheid
- "Zijn grootste zorg was de ziekte van zijn vrouw"
- synoniem:
- zorg
5. Attention and management implying responsibility for safety
- "He is in the care of a bodyguard"
- synonym:
- care ,
- charge ,
- tutelage ,
- guardianship
5. Aandacht en beheer die verantwoordelijkheid voor veiligheid impliceren
- "Hij wordt verzorgd door een lijfwacht"
- synoniem:
- zorg ,
- kosten ,
- tutelage ,
- voogdij
6. Activity involved in maintaining something in good working order
- "He wrote the manual on car care"
- synonym:
- care ,
- maintenance ,
- upkeep
6. Activiteit betrokken bij het in goede staat houden van iets
- "Hij schreef de handleiding over autoverzorging"
- synoniem:
- zorg ,
- onderhoud ,
- onderhouden
verb
1. Feel concern or interest
- "I really care about my work"
- "I don't care"
- synonym:
- care
1. Bezorgdheid of interesse voelen
- "Ik geef echt om mijn werk"
- "Het kan me niet schelen"
- synoniem:
- zorg
2. Provide care for
- "The nurse was caring for the wounded"
- synonym:
- care ,
- give care
2. Zorg verlenen
- "De verpleegster zorgde voor de gewonden"
- synoniem:
- zorg ,
- zorg geven
3. Prefer or wish to do something
- "Do you care to try this dish?"
- "Would you like to come along to the movies?"
- synonym:
- wish ,
- care ,
- like
3. Liever of iets willen doen
- "Wil je dit gerecht proberen?"
- "Wil je mee naar de film?"
- synoniem:
- wens ,
- zorg ,
- zoals
4. Be in charge of, act on, or dispose of
- "I can deal with this crew of workers"
- "This blender can't handle nuts"
- "She managed her parents' affairs after they got too old"
- synonym:
- manage ,
- deal ,
- care ,
- handle
4. Verantwoordelijk zijn voor, handelen of vervreemden
- "Ik kan met deze bemanning van arbeiders omgaan"
- "Deze blender kan geen noten aan"
- "Ze beheerde de zaken van haar ouders nadat ze te oud waren geworden"
- synoniem:
- beheren ,
- deal ,
- zorg ,
- handvat
5. Be concerned with
- "I worry about my grades"
- synonym:
- worry ,
- care
5. Bezorgd zijn
- "Ik maak me zorgen over mijn cijfers"
- synoniem:
- zorgen ,
- zorg