Translation meaning & definition of the word "camouflage" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "camouflage" in Nederlandse taal
English⟶Dutch
Camouflage
[Camouflage]/kæməflɑʒ/
noun
1. An outward semblance that misrepresents the true nature of something
- "The theatrical notion of disguise is always associated with catastrophe in his stories"
- synonym:
- disguise ,
- camouflage
1. Een uiterlijke schijn die de ware aard van iets verkeerd voorstelt
- "Het theatrale idee van vermomming wordt in zijn verhalen altijd geassocieerd met een catastrofe"
- synoniem:
- vermomming ,
- camouflage
2. Fabric dyed with splotches of green and brown and black and tan
- Intended to make the wearer of a garment made of this fabric hard to distinguish from the background
- synonym:
- camouflage ,
- camo
2. Stof geverfd met vlekken van groen en bruin en zwart en bruin
- Bedoeld om de drager van een kledingstuk van deze stof moeilijk te onderscheiden van de achtergrond
- synoniem:
- camouflage ,
- camo
3. Device or stratagem for concealment or deceit
- synonym:
- camouflage
3. Apparaat of stratagem voor verhulling of bedrog
- synoniem:
- camouflage
4. The act of concealing the identity of something by modifying its appearance
- "He is a master of disguise"
- synonym:
- disguise ,
- camouflage
4. Het verbergen van de identiteit van iets door het uiterlijk te wijzigen
- "Hij is een meester in vermomming"
- synoniem:
- vermomming ,
- camouflage
verb
1. Disguise by camouflaging
- Exploit the natural surroundings to disguise something
- "The troops camouflaged themselves before they went into enemy territory"
- synonym:
- camouflage
1. Vermomming door camoufleren
- Exploiteer de natuurlijke omgeving om iets te verhullen
- "De troepen camoufleerden zichzelf voordat ze het vijandelijke gebied binnengingen"
- synoniem:
- camouflage