Lingvanex Tranalator

Translator for


translation app

Lingvanex - your universal translation app

Translator for

Download For Free

Translation meaning & definition of the word "bus" into Dutch language

Vertaling betekenis & definitie van het woord "bus" in Nederlandse taal

EnglishDutch

Bus

[Bus]
/bəs/

noun

1. A vehicle carrying many passengers

  • Used for public transport
  • "He always rode the bus to work"
    synonym:
  • bus
  • ,
  • autobus
  • ,
  • coach
  • ,
  • charabanc
  • ,
  • double-decker
  • ,
  • jitney
  • ,
  • motorbus
  • ,
  • motorcoach
  • ,
  • omnibus
  • ,
  • passenger vehicle

1. Een voertuig met veel passagiers

  • Gebruikt voor openbaar vervoer
  • "Hij reed altijd met de bus naar zijn werk"
    synoniem:
  • bus
  • ,
  • autobus
  • ,
  • coach
  • ,
  • charabanc
  • ,
  • dubbeldekker
  • ,
  • jitney
  • ,
  • motorbus
  • ,
  • motorcoach
  • ,
  • omnibus
  • ,
  • personenauto

2. The topology of a network whose components are connected by a busbar

    synonym:
  • bus topology
  • ,
  • bus

2. De topologie van een netwerk waarvan de componenten zijn verbonden door een busbar

    synoniem:
  • bus topologie
  • ,
  • bus

3. An electrical conductor that makes a common connection between several circuits

  • "The busbar in this computer can transmit data either way between any two components of the system"
    synonym:
  • busbar
  • ,
  • bus

3. Een elektrische geleider die een gemeenschappelijke verbinding maakt tussen verschillende circuits

  • "De busbalk op deze computer kan gegevens verzenden tussen twee componenten van het systeem"
    synoniem:
  • busbar
  • ,
  • bus

4. A car that is old and unreliable

  • "The fenders had fallen off that old bus"
    synonym:
  • bus
  • ,
  • jalopy
  • ,
  • heap

4. Een auto die oud en onbetrouwbaar is

  • "De spatborden waren van die oude bus gevallen"
    synoniem:
  • bus
  • ,
  • jalopy
  • ,
  • hoop

verb

1. Send or move around by bus

  • "The children were bussed to school"
    synonym:
  • bus

1. Met de bus verzenden of verplaatsen

  • "De kinderen werden naar school gebracht"
    synoniem:
  • bus

2. Ride in a bus

    synonym:
  • bus

2. Rijden in een bus

    synoniem:
  • bus

3. Remove used dishes from the table in restaurants

    synonym:
  • bus

3. Verwijder gebruikte gerechten van de tafel in restaurants

    synoniem:
  • bus

Examples of using

Is there regular bus service to the town?
Is er een regelmatige busdienst naar de stad?
Please show me the path to the bus stop.
Laat me alsjeblieft het pad naar de bushalte zien.
Going to the school by bus doesn't take long.
Met de bus naar school gaan duurt niet lang.