Translation meaning & definition of the word "breadth" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "breedte" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Breadth
[Breedte]/brɛdθ/
noun
1. The capacity to understand a broad range of topics
- "A teacher must have a breadth of knowledge of the subject"
- "A man distinguished by the largeness and scope of his views"
- synonym:
- breadth ,
- comprehensiveness ,
- largeness
1. Het vermogen om een breed scala aan onderwerpen te begrijpen
- "Een leraar moet een brede kennis van het onderwerp hebben"
- "Een man die zich onderscheidt door de grootsheid en reikwijdte van zijn opvattingen"
- synoniem:
- breedte ,
- volledigheid ,
- grootsheid
2. The extent of something from side to side
- synonym:
- width ,
- breadth
2. De omvang van iets van links naar rechts
- synoniem:
- breedte