Translation meaning & definition of the word "boundary" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "grens" in Nederlandse taal
English⟶Dutch
Boundary
[Grens]/baʊndəri/
noun
1. The line or plane indicating the limit or extent of something
- synonym:
- boundary ,
- bound ,
- bounds
1. De lijn of het vlak dat de limiet of omvang van iets aangeeft
- synoniem:
- grens ,
- gebonden ,
- grenzen
2. A line determining the limits of an area
- synonym:
- boundary ,
- edge ,
- bound
2. Een lijn die de grenzen van een gebied bepaalt
- synoniem:
- grens ,
- rand ,
- gebonden
3. The greatest possible degree of something
- "What he did was beyond the bounds of acceptable behavior"
- "To the limit of his ability"
- synonym:
- limit ,
- bound ,
- boundary
3. De grootst mogelijke mate van iets
- "Wat hij deed was buiten de grenzen van acceptabel gedrag"
- "Tot het uiterste van zijn bekwaamheid"
- synoniem:
- limiet ,
- gebonden ,
- grens
Examples of using
The Rhine is the boundary between France and Germany.
De Rijn is de grens tussen Frankrijk en Duitsland.