Als je niet wilt schijten, val je dan niet lastig.
Just do it right away or don't even bother talking to me again.
Doe het gewoon meteen of neem niet eens de moeite om nog een keer met mij te praten.
Don't look at me because your eyes bother me.
Kijk niet naar mij omdat je ogen me storen.
“I can bring my laptop for you to copy it.” “Oh, don’t bother, no need to carry it around, I’d rather give you a memory stick later.”
“Ik kan mijn laptop meenemen zodat jij hem kunt kopiëren.” “Oh, doe geen moeite, je hoeft het niet mee te nemen, ik geef je later liever een geheugenstick.”
Tom didn't even bother to reply.
Tom nam niet eens de moeite om te antwoorden.
That doesn't bother me.
Dat stoort me niet.
Don't bother me now.
Val me nu niet lastig.
They bother me.
Ze storen me.
I don't want to bother you guys while you're working.
Ik wil jullie niet lastig vallen terwijl jullie aan het werk zijn.
I don't want to bother Tom.
Ik wil Tom niet lastig vallen.
Don't bother me.
Val me niet lastig.
I'm beginning to understand why you don't bother to try to explain things to Tom.
Ik begin te begrijpen waarom je niet de moeite neemt om dingen aan Tom uit te leggen.
Why do I even bother?
Waarom doe ik überhaupt de moeite?
I don't know why I bother repeating myself.
Ik weet niet waarom ik de moeite neem om in herhaling te vallen.