Translation meaning & definition of the word "boiling" into Dutch language

noun

1. The application of heat to change something from a liquid to a gas

synonym:
• boiling

1. Het aanbrengen van warmte om iets van een vloeistof in een gas te veranderen

synoniem:
• koken

2. Cooking in a liquid that has been brought to a boil

synonym:
• boiling
,
• stewing
,
• simmering

2. Koken in een vloeistof die aan de kook is gebracht

synoniem:
• koken
,
• stoven
,
• sudderen

adverb

1. Extremely

• "Boiling mad"

synonym:
• boiling

1. Extreem

• "Gek koken"

synoniem:
• koken

Examples of using

When I arrived, the dispute had reached its boiling point.

Toen ik aankwam, had het geschil zijn kookpunt bereikt.

Tom is boiling an egg.

Tom kookt een ei.

Put the egg into boiling water.

Doe het ei in kokend water.

The kettle is boiling.

De ketel kookt.

I burned myself with boiling water.

Ik verbrandde mezelf met kokend water.

Put the eggs into the boiling water.

Doe de eieren in het kokende water.

He is boiling with rage.

Hij kookt van woede.

Jessie is boiling water to make coffee.

Jessie kookt water om koffie te zetten.