Translation meaning & definition of the word "bath" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "bad" in de Nederlandse taal
Bath
[Bad]noun
1. A vessel containing liquid in which something is immersed (as to process it or to maintain it at a constant temperature or to lubricate it)
- "She soaked the etching in an acid bath"
- synonym:
- bath
1. Een vat dat vloeistof bevat waarin iets is ondergedompeld ( om het te verwerken of om het op een constante temperatuur te houden of om het te smeren )
- "Ze heeft de ets in een zuur bad geweekt"
- synoniem:
- bad
2. You soak and wash your body in a bathtub
- "He has a good bath every morning"
- synonym:
- bath
2. Je laat je lichaam weken en wassen in een badkuip
- "Hij heeft elke ochtend een goed bad"
- synoniem:
- bad
3. A relatively large open container that you fill with water and use to wash the body
- synonym:
- bathtub ,
- bathing tub ,
- bath ,
- tub
3. Een relatief grote open container die je met water vult en gebruikt om het lichaam te wassen
- synoniem:
- bad ,
- badkuip
4. An ancient hebrew liquid measure equal to about 10 gallons
- synonym:
- bath
4. Een oude hebreeuwse vloeibare maat gelijk aan ongeveer 10 gallon
- synoniem:
- bad
5. A town in southwestern england on the river avon
- Famous for its hot springs and roman remains
- synonym:
- Bath
5. Een stad in het zuidwesten van engeland aan de rivier de avon
- Beroemd om zijn warmwaterbronnen en romeinse overblijfselen
- synoniem:
- Bad
6. A room (as in a residence) containing a bathtub or shower and usually a washbasin and toilet
- synonym:
- bathroom ,
- bath
6. Een kamer ( zoals in een residentie ) met een bad of douche en meestal een wastafel en toilet
- synoniem:
- badkamer ,
- bad
verb
1. Clean one's body by immersion into water
- "The child should bathe every day"
- synonym:
- bathe ,
- bath
1. Reinig je lichaam door onderdompeling in water
- "Het kind moet elke dag baden"
- synoniem:
- baden ,
- bad