Translation meaning & definition of the word "banjo" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "banjo" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Banjo
[Banjo]/bænʤoʊ/
noun
1. A stringed instrument of the guitar family that has long neck and circular body
- synonym:
- banjo
1. Een snaarinstrument van de gitaarfamilie met een lange nek en een cirkelvormig lichaam
- synoniem:
- banjo