Translation meaning & definition of the word "augur" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "augur" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Augur
[Augur]/ɔgər/
noun
1. (ancient rome) a religious official who interpreted omens to guide public policy
- synonym:
- augur ,
- auspex
1. (het oude rome) een religieuze functionaris die voortekenen interpreteerde als leidraad voor het overheidsbeleid
- synoniem:
- augur ,
- auspex
verb
1. Indicate by signs
- "These signs bode bad news"
- synonym:
- bode ,
- portend ,
- auspicate ,
- prognosticate ,
- omen ,
- presage ,
- betoken ,
- foreshadow ,
- augur ,
- foretell ,
- prefigure ,
- forecast ,
- predict
1. Aangeven door tekens
- "Deze tekenen voorspellen slecht nieuws"
- synoniem:
- bode ,
- portend ,
- auspicate ,
- prognosticeren ,
- omen ,
- presage ,
- betoken ,
- voorschaduw ,
- augur ,
- foretell ,
- prefigure ,
- forecast ,
- predict
2. Predict from an omen
- synonym:
- augur
2. Voorspellen vanuit een voorteken
- synoniem:
- augur