Translation meaning & definition of the word "attach" into Dutch language

verb

1. Cause to be attached

synonym:
• attach

1. Oorzaak te hechten

synoniem:
• bevestigen

2. Be attached

• Be in contact with

synonym:
• attach

2. Worden bevestigd

• In contact komen met

synoniem:
• bevestigen

3. Become attached

• "The spider's thread attached to the window sill"

synonym:
• attach

3. Gehecht raken

• "De draad van de spin bevestigd aan de vensterbank"

synoniem:
• bevestigen

4. Create social or emotional ties

• "The grandparents want to bond with the child"

synonym:
• bind
,
• tie
,
• attach
,
• bond

4. Creëer sociale of emotionele banden

• "De grootouders willen een band met het kind krijgen"

synoniem:
• binden
,
• gelijkspel
,
• bevestigen
,
• obligatie

5. Take temporary possession of as a security, by legal authority

• "The fbi seized the drugs"

• "The customs agents impounded the illegal shipment"

• "The police confiscated the stolen artwork"

synonym:
• impound
,
• attach
,
• sequester
,
• confiscate
,
• seize

5. Tijdelijk in bezit nemen als zekerheid, door de wettelijke autoriteit

• "De fbi heeft de drugs in beslag genomen"

• "De douane-expediteurs hebben de illegale verzending in beslag genomen"

• "De politie heeft het gestolen kunstwerk in beslag genomen"

synoniem:
• in beslag genomen
,
• bevestigen
,
• sequester
,
• in beslag nemen
,
• grijpen

Examples of using

You attach too much importance to what he says.

Je hecht te veel belang aan wat hij zegt.

Don't forget to attach your photo to the application form.

Vergeet niet je foto bij het aanvraagformulier te voegen.

I forgot to attach a stamp to the envelope.

Ik vergat een stempel aan de envelop te bevestigen.