Translation meaning & definition of the word "aside" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "zij" in de Nederlandse taal
Aside
[Zich verstoppen]noun
1. A line spoken by an actor to the audience but not intended for others on the stage
- synonym:
- aside
1. Een regel die door een acteur aan het publiek wordt gesproken, maar niet bedoeld is voor anderen op het podium
- synoniem:
- opzij
2. A message that departs from the main subject
- synonym:
- digression ,
- aside ,
- excursus ,
- divagation ,
- parenthesis
2. Een bericht dat afwijkt van het hoofdonderwerp
- synoniem:
- uitweiding ,
- opzij ,
- excursus ,
- verdeelneming ,
- haakje
adverb
1. On or to one side
- "Step aside"
- "Stood aside to let him pass"
- "Threw the book aside"
- "Put her sewing aside when he entered"
- synonym:
- aside
1. Aan of aan één kant
- "Ga opzij"
- "Stond opzij om hem te laten passeren"
- "Gooide het boek opzij"
- "Legde haar aan het naaien toen hij binnenkwam"
- synoniem:
- opzij
2. Out of the way (especially away from one's thoughts)
- "Brush the objections aside"
- "Pushed all doubts away"
- synonym:
- aside ,
- away
2. Uit de weg ( vooral weg van iemands gedachten )
- "Verwijder de bezwaren"
- "Duwde alle twijfels weg"
- synoniem:
- opzij ,
- weg
3. Not taken into account or excluded from consideration
- "These problems apart, the country is doing well"
- "All joking aside, i think you're crazy"
- synonym:
- apart ,
- aside
3. Niet in aanmerking genomen of uitgesloten van overweging
- "Deze problemen apart, het land doet het goed"
- "Allemaal een grapje terzijde, ik denk dat je gek bent"
- synoniem:
- apart ,
- opzij
4. In a different direction
- "Turn aside"
- "Turn away one's face"
- "Glanced away"
- synonym:
- away ,
- aside
4. In een andere richting
- "Afslaan"
- "Draai je gezicht weg"
- "Glanste weg"
- synoniem:
- weg ,
- opzij
5. Placed or kept separate and distinct as for a purpose
- "Had a feeling of being set apart"
- "Quality sets it apart"
- "A day set aside for relaxing"
- synonym:
- aside ,
- apart
5. Apart en duidelijk geplaatst of gehouden als voor een doel
- "Had het gevoel apart te worden gezet"
- "Kwaliteit onderscheidt het"
- "Een dag gereserveerd om te ontspannen"
- synoniem:
- opzij ,
- apart
6. In reserve
- Not for immediate use
- "Started setting aside money to buy a car"
- "Put something by for her old age"
- "Has a nest egg tucked away for a rainy day"
- synonym:
- aside ,
- by ,
- away
6. In reserve
- Niet voor onmiddellijk gebruik
- "Begon geld opzij te zetten om een auto te kopen"
- "Leg iets voor haar ouderdom"
- "Heeft een nestei weggestopt voor een regenachtige dag"
- synoniem:
- opzij ,
- door ,
- weg