When a country is well governed, poverty and a mean condition are things to be ashamed of. When a country is ill governed, riches and honor are things to be ashamed of.
Wanneer een land goed bestuurd wordt, zijn armoede en een gemene toestand dingen om je voor te schamen. Wanneer een land slecht bestuurd wordt, zijn rijkdom en eer dingen om je voor te schamen.
You should care about every moment of your life, so that you need not be ashamed for your past deeds.
Je moet om elk moment van je leven geven, zodat je je niet hoeft te schamen voor je daden uit het verleden.
You ought to be ashamed of yourself.
Je zou je moeten schamen.
You should be ashamed.
Je zou je moeten schamen.
I'm so ashamed.
Ik schaam me zo.
I was ashamed.
Ik schaamde me.
I'm not ashamed.
Ik schaam me niet.
I'm not ashamed of what I did.
Ik schaam me niet voor wat ik heb gedaan.
I'm ashamed of what I did.
Ik schaam me voor wat ik heb gedaan.
It's nothing to be ashamed of.
Het is niets om je voor te schamen.
This girl is not ashamed of anything.
Dit meisje schaamt zich nergens voor.
I'm ashamed that my son is such a lazybones.
Ik schaam me dat mijn zoon zo'n luiaard is.
Tom hasn't done anything to be ashamed of.
Tom heeft niets gedaan om zich voor te schamen.
I'd like Quim Monzo to autograph my book, but I'm too ashamed to ask him.
Ik wil graag dat Quim Monzo mijn boek signeert, maar ik schaam me te veel om het hem te vragen.
I'm ashamed of you.
Ik schaam me voor je.
I am ashamed to call you my friend.
Ik schaam me om je mijn vriend te noemen.
She is ashamed of what she's done.
Ze schaamt zich voor wat ze heeft gedaan.
She is ashamed of her old clothes.
Ze schaamt zich voor haar oude kleren.
I think being poor is nothing to be ashamed of.
Ik denk dat arm zijn niets is om je voor te schamen.