Translation meaning & definition of the word "ascend" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "ascend" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Ascend
[Stijg]/əsɛnd/
verb
1. Travel up, "we ascended the mountain"
- "Go up a ladder"
- "The mountaineers slowly ascended the steep slope"
- synonym:
- ascend ,
- go up
1. Reis omhoog, "we zijn de berg beklommen"
- "Ga een ladder op"
- "De bergbeklimmers beklommen langzaam de steile helling"
- synoniem:
- stijgen ,
- ga naar boven
2. Go back in order of genealogical succession
- "Inheritance may not ascend linearly"
- synonym:
- ascend
2. Ga terug in volgorde van genealogische opvolging
- "Overerving mag niet lineair stijgen"
- synoniem:
- stijgen
3. Become king or queen
- "She ascended to the throne after the king's death"
- synonym:
- ascend
3. Word koning of koningin
- "Ze steeg op de troon na de dood van de koning"
- synoniem:
- stijgen
4. Appear to be moving upward, as by means of tendrils
- "The vine climbed up the side of the house"
- synonym:
- ascend ,
- climb up
4. Lijken naar boven te bewegen, zoals door middel van ranken
- "De wijnstok klom langs de zijkant van het huis"
- synoniem:
- stijgen ,
- klimmen
5. Go along towards (a river's) source
- "The boat ascended the delaware"
- synonym:
- ascend
5. Ga verder richting ( een rivier ) bron
- "De boot beklom de delaware"
- synoniem:
- stijgen
6. Slope upwards
- "The path ascended to the top of the hill"
- synonym:
- ascend
6. Helling naar boven
- "Het pad steeg naar de top van de heuvel"
- synoniem:
- stijgen
7. Come up, of celestial bodies
- "The sun also rises"
- "The sun uprising sees the dusk night fled..."
- "Jupiter ascends"
- synonym:
- rise ,
- come up ,
- uprise ,
- ascend
7. Kom naar boven, van hemellichamen
- "De zon komt ook op"
- "De zonsopgang ziet de schemernacht vluchten..."
- "Jupiter stijgt op"
- synoniem:
- stijging ,
- kom naar boven ,
- opmars ,
- stijgen
8. Move to a better position in life or to a better job
- "She ascended from a life of poverty to one of great
- synonym:
- ascend ,
- move up ,
- rise
8. Verhuizen naar een betere positie in het leven of naar een betere baan
- "Ze is opgestegen van een armoedeleven naar een groot leven
- synoniem:
- stijgen ,
- omhoog gaan ,
- stijging