Translation meaning & definition of the word "apprenticeship" into Dutch language
Vertaling betekenis & definitie van het woord "leerlingwezen" in de Nederlandse taal
English⟶Dutch
Apprenticeship
[Leerlingwezen]/əprɛntəsʃɪp/
noun
1. The position of apprentice
- synonym:
- apprenticeship
1. De positie van leerling
- synoniem:
- leerlingwezen