Lingvanex Tranalator

Translator for


translation app

Lingvanex - your universal translation app

Translator for

Download For Free

Translation meaning & definition of the word "alert" into Dutch language

Vertaling betekenis & definitie van het woord "alert" in de Nederlandse taal

EnglishDutch

Alert

[Waarschuwing]
/ələrt/

noun

1. Condition of heightened watchfulness or preparation for action

  • "Bombers were put on alert during the crisis"
    synonym:
  • alert
  • ,
  • qui vive

1. Toestand van verhoogde waakzaamheid of voorbereiding op actie

  • "Bommenwerpers werden tijdens de crisis alert gemaakt"
    synoniem:
  • alert
  • ,
  • qui vive

2. A warning serves to make you more alert to danger

    synonym:
  • alert
  • ,
  • alerting

2. Een waarschuwing dient om u meer alert te maken op gevaar

    synoniem:
  • alert
  • ,
  • waarschuwen

3. An automatic signal (usually a sound) warning of danger

    synonym:
  • alarm
  • ,
  • alert
  • ,
  • warning signal
  • ,
  • alarum

3. Een automatisch signaal ( meestal een geluid ) waarschuwing voor gevaar

    synoniem:
  • alarm
  • ,
  • alert
  • ,
  • waarschuwingssignaal
  • ,
  • alarum

verb

1. Warn or arouse to a sense of danger or call to a state of preparedness

  • "The empty house alarmed him"
  • "We alerted the new neighbors to the high rate of burglaries"
    synonym:
  • alarm
  • ,
  • alert

1. Waarschuwen of wekken tot een gevoel van gevaar of een beroep doen op een staat van paraatheid

  • "Het lege huis verontrustte hem"
  • "We hebben de nieuwe buren gewaarschuwd voor het hoge aantal inbraken"
    synoniem:
  • alarm
  • ,
  • alert

adjective

1. Engaged in or accustomed to close observation

  • "Caught by a couple of alert cops"
  • "Alert enough to spot the opportunity when it came"
  • "Constantly alert and vigilant, like a sentinel on duty"
    synonym:
  • alert
  • ,
  • watchful

1. Bezig met of gewend aan nauwkeurige observatie

  • "Gevangen door een paar alerte agenten"
  • "Alert genoeg om de kans te zien wanneer die kwam"
  • "Voortdurend alert en waakzaam, als een dienstdoende schildwacht"
    synoniem:
  • alert
  • ,
  • waakzaam

2. Quick and energetic

  • "A brisk walk in the park"
  • "A lively gait"
  • "A merry chase"
  • "Traveling at a rattling rate"
  • "A snappy pace"
  • "A spanking breeze"
    synonym:
  • alert
  • ,
  • brisk
  • ,
  • lively
  • ,
  • merry
  • ,
  • rattling
  • ,
  • snappy
  • ,
  • spanking
  • ,
  • zippy

2. Snel en energiek

  • "Een stevige wandeling in het park"
  • "Een levendige gang"
  • "Een vrolijke jacht"
  • "Reizen met een rammelende snelheid"
  • "Een pittig tempo"
  • "Een pakkende bries"
    synoniem:
  • alert
  • ,
  • levendig
  • ,
  • vrolijk
  • ,
  • rammelen
  • ,
  • pittig
  • ,
  • pak slaag
  • ,
  • zippy

3. Mentally perceptive and responsive

  • "An alert mind"
  • "Alert to the problems"
  • "Alive to what is going on"
  • "Awake to the dangers of her situation"
  • "Was now awake to the reality of his predicament"
    synonym:
  • alert
  • ,
  • alive(p)
  • ,
  • awake(p)

3. Mentaal opmerkzaam en responsief

  • "Een alerte geest"
  • "Alert op de problemen"
  • "Levend voor wat er aan de hand is"
  • "Wakker worden met de gevaren van haar situatie"
  • "Was nu wakker met de realiteit van zijn hachelijke situatie"
    synoniem:
  • alert
  • ,
  • levend ( p )
  • ,
  • wakker ( p )

Examples of using

As she doesn't want to be cheated again, she's always on the alert.
Omdat ze niet opnieuw bedrogen wil worden, is ze altijd alert.
He didn't want to be cheated again, and was always on the alert.
Hij wilde niet opnieuw bedrogen worden en was altijd alert.
Stay alert.
Blijf alert.