Translation meaning & definition of the word "abnormal" into Dutch language

adjective

1. Not normal

• Not typical or usual or regular or conforming to a norm

• "Abnormal powers of concentration"

• "Abnormal amounts of rain"

• "Abnormal circumstances"

• "An abnormal interest in food"

synonym:
• abnormal
,
• unnatural

1. Niet normaal

• Niet typisch of gebruikelijk of regelmatig of conform aan een norm

• "Abnormale concentratiekrachten"

• "Abnormale hoeveelheden regen"

• "Abnormale omstandigheden"

• "Een abnormale interesse in voedsel"

synoniem:
• abnormaal
,
• onnatuurlijk

2. Departing from the normal in e.g. intelligence and development

• "They were heartbroken when they learned their child was abnormal"

• "An abnormal personality"

synonym:
• abnormal

2. Afwijken van het normale in b.v. intelligentie en ontwikkeling

• "Ze waren diepbedroefd toen ze hoorden dat hun kind abnormaal was"

• "Een abnormale persoonlijkheid"

synoniem:
• abnormaal

3. Much greater than the normal

• "Abnormal profits"

• "Abnormal ambition"

synonym:
• abnormal

3. Veel groter dan normaal

• "Abnormale winsten"

• "Abnormale ambitie"

synoniem:
• abnormaal

Examples of using

It is abnormal to have the heart on the right side.

Het is abnormaal om het hart aan de rechterkant te hebben.

Her behavior is abnormal for a young girl.

Haar gedrag is abnormaal voor een jong meisje.

I don't want to have children. Is that abnormal?

Ik wil geen kinderen hebben. Is dat abnormaal?

It is abnormal to eat so much.

Het is abnormaal om zoveel te eten.

It is abnormal to have the heart on the right side.

Het is abnormaal om het hart aan de rechterkant te hebben.