Translation meaning & definition of the word "able" into Dutch language

adjective

1. (usually followed by `to') having the necessary means or skill or know-how or authority to do something

• "Able to swim"

• "She was able to program her computer"

• "We were at last able to buy a car"

• "Able to get a grant for the project"

synonym:
• able

1. ( meestal gevolgd door `to ') met de nodige middelen of vaardigheid of knowhow of autoriteit om iets te doen

• "In staat om te zwemmen"

• "Ze kon haar computer programmeren"

• "We konden eindelijk een auto kopen"

• "In staat om een beurs voor het project te krijgen"

synoniem:
• in staat

2. Have the skills and qualifications to do things well

• "Able teachers"

• "A capable administrator"

• "Children as young as 14 can be extremely capable and dependable"

synonym:
• able
,
• capable

2. De vaardigheden en kwalificaties hebben om dingen goed te doen

• "In staat leraren"

• "Een bekwame beheerder"

• "Kinderen vanaf 14 jaar kunnen uiterst capabel en betrouwbaar zijn"

synoniem:
• in staat

3. Having inherent physical or mental ability or capacity

• "Able to learn"

• "Human beings are able to walk on two feet"

• "Superman is able to leap tall buildings"

synonym:
• able

3. Inherent fysiek of mentaal vermogen of capaciteit hebben

• "In staat om te leren"

• "Mensen kunnen op twee voeten lopen"

• "Superman kan hoge gebouwen springen"

synoniem:
• in staat

4. Having a strong healthy body

• "An able seaman"

• "Every able-bodied young man served in the army"

synonym:
• able
,
• able-bodied

4. Een sterk gezond lichaam hebben

• "Een bekwame zeeman"

• "Elke valide jongeman diende in het leger"

synoniem:
• in staat
,
• gezond

Examples of using

I'm glad Tom was able to see you while you were in Boston.

Ik ben blij dat Tom je heeft kunnen zien terwijl je in Boston was.

I won't be able to remit the balance until the first of the month.

Ik kan het saldo pas in de eerste van de maand overmaken.

We haven't been able to get anyone to replace Tom.

We hebben niemand zover kunnen krijgen dat hij Tom vervangt.

We haven't been able to do all we planned.

We hebben niet alles kunnen doen wat we van plan waren.

I won't be able to eat all that by myself.

Ik kan dat allemaal niet alleen eten.

No matter how hard you try, you won't be able to do it.

Hoe hard je ook probeert, je zult het niet kunnen.

Being able to make onself understood in English is vastly different from mastering the language perfectly.

Zichzelf begrepen kunnen maken in het Engels is enorm anders dan de taal perfect beheersen.

"We haven't seen each other in a long time, Tom! Have you put on a little weight?" "Yes, lately I haven't been able to get myself to move around at all."

"We hebben elkaar al lang niet meer gezien, Tom! Ben je wat zwaarder geworden?" "Ja, de laatste tijd heb ik mezelf helemaal niet kunnen bewegen."

There is a vast difference between being able to make oneself understood in English and mastering the English language perfectly.

Er is een enorm verschil tussen jezelf verstaanbaar kunnen maken in het Engels en de Engelse taal perfect beheersen.

If Tom had been speaking French, I would have been able to understand him.

Als Tom Frans had gesproken, had ik hem kunnen begrijpen.

I'm afraid I won't be able to have lunch with you today.

Ik ben bang dat ik vandaag niet met je kan lunchen.

It's a pleasure to be able to help you.

Het is een genoegen u te kunnen helpen.

How old must a child be to be able to stay at home alone?

Hoe oud moet een kind zijn om alleen thuis te kunnen blijven?

Tom has never been able to keep up with the other students.

Tom heeft de andere studenten nooit kunnen bijhouden.

In contrast with you, I am able to recognize my mistakes.

In tegenstelling tot jou kan ik mijn fouten herkennen.

He isn't able to understand it.

Hij kan het niet begrijpen.

He has recovered completely and is now able to work again.

Hij is volledig hersteld en kan nu weer werken.

I wasn't able to find what I was looking for.

Ik kon niet vinden wat ik zocht.

I finally was able to find out where Tom lives.

Ik heb eindelijk kunnen achterhalen waar Tom woont.

He must be able to pass the exam since he has the capacity.

Hij moet het examen kunnen halen omdat hij de capaciteit heeft.